"Waarom gaan jullie eigenlijk nooit naar Frankrijk?” vroeg mijn broer, die ieder jaar naar het zuiden van dat land jakkerde. En mijn zus vertelde dat het altijd lekker weer was, de cultuur zo rijk. Ik had er niet zo’n oren naar, we kampeerden al járen gewoon in Nederland: lekker snel op de bestemming, geen jengelende kinderen op de achterbank. En als we dan in de brandende zon op de camping in Katwijk stonden en ik Jan, de buurman van dat jaar met zijn zus hoorde bellen in Frankrijk waar het regende, dan wist ik het zeker: ik hoef niet perse naar het buitenland.

Alle onderwerpen in dit artikel

Wat ik natuurlijk vergat was dat wij vaker regen dan zonneschijn hadden. Sterker nog: er heerste bijna een vloek op ons. Men zei dat als je écht een vakantie wilde hebben die in het water viel dat je dan met André en Kitty moest gaan kamperen. En dat was ook echt zo: het kon weken prachtig weer zijn maar zo gauw wij onze auto hadden ingepakt, betrok de lucht en die volgde ons. Naar Texel, Beekbergen, Ouddorp, Balk.

Kamperen in Bretagne met de tent
Ik stelde Bretagne voor als eerst Franse bestemming

Bretagne dus

Onze jongste dochter moet een jaar of dertien zijn geweest toen ik eindelijk eens toegaf aan de wens van mijn lief om naar La douce France te rijden. De oudste was inmiddels achttien en wilde thuis blijven. Zuid Frankrijk dat leek me zó ver weg, de reis zó vervelend lang, dus ik stelde Bretagne voor. Want ik was in de veronderstelling dat dat naast de deur lag. Zo op de kaart zie je Frankrijk voor je met twee ‘neuzen’ en het leek een reisje van niks. Nú weet ik dat je, als je een passerpunt zet op de kaart in Almere en dan kijkt hoever het is naar Zuid Frankrijk of Bretagne dan scheelt dat nauwelijks iets.

Dus kochten we een nieuwe grote tent, een tweedehands aanhangertje dat ik in dezelfde kleur als de auto schilderde, en we vertrokken. Terwijl dochterlief nog steeds flink ingepakt zat tussen de koelkast en vele bagage die niet in het karretje paste.

De ruige kust van Frankrijk
Bretagne is weids, ruig, vol natuur.

Onze vriend Karel, een vrachtwagenchauffeur met heel veel Frankrijk-ervaring, raadde ons aan om van de reis te genieten door juist tolwegen te vermijden. Ik geef hem gelijk. Nu. Maar voor zo’n eerste keer zo’n lange reis over B-wegen dat was niet fijn. Wat duurde het lang! Altijd wel een tractor voor je, nergens tankstations te bekennen! “Bij Arrras rechts af” is nog steeds een geliefde uitdrukking die we gebruiken.
Het Formule 1 hotel dat we voor de eerste nacht hadden gepland, zat vol en ons Frans was toen nog zó gebrekkig (geloof me, ál dat school-Frans komt écht terug maar niet het eerste jaar!). Dat resulteerde er in dat we nog een bijzondere inlandse reis maakten naar een overnachtings-camping maar daarover nu even niks. 

Aangekomen bij de Franse camping
Camping Le Letty in Benodet. Wat een pareltje!!

De volgende dag stond ik er op dat we tol gingen rijden: niet zo mooi maar veel vlotter. We reden al heel vroeg weg en ’s middags arriveerden we op camping Le Letty in Benodet. Wat een pareltje!! Directe ligging op het strand aan de Atlantische oceaan, maar díe plekken waren bezet door de vele roodverbrande Engelsen. Na het opzetten van de tent brak de hemel open. Logisch. Toch? Mocht je overigens op zoek gaan naar die camping: hij bestaat nog wel maar heeft zichzelf behoorlijk geüpgraded ( campingduletty.com).

Benodet: we zijn er tussen de buien door naar toe gewandeld maar om nou van een bruisend centrum te spreken? Nee. Echter dankzij onze Trotter, dé vakantiegids in de vorm van een pocketboek hadden we genoeg andere trekpleisters. Want het regent natuurlijk geen vierentwintig uur per dag.

We bezochten Concarneau: een klein doch zéér toeristisch havenplaatsje waar we naar toe reden lángs de prachtige Bretonse kust. Daar moet je gewoon het oude fort bezoeken! Commerciëler kan het bijna niet!! Binnen de prachtige wallen die je kunt beklimmen, liggen souvenirwinkels, afgewisseld met restaurants en ijssalons. En er is een scheepsvaartmuseum.

Franse tradities
We kwamen allemaal mensen tegen in uniformen met jankende doedelzakken

Tradities

Wil je échte traditie beleven, ga dan naar Quimper, spreek het uit als camper, zoals het kampeermiddel; een prachtig middeleeuws stadje met overdekte markt. Het leukst is het er aan het eind van juli, dan is er het festival Cornouaille (vertaling van Cornwall) Een fantastisch leuk Keltisch feest.

Wij waren er tóen gedurende een andere moment en we gingen ’s avonds naar een concert naast de bijzonder fraaie kathedraal die het stadje rijk is. Wat voor ‘n concert? We hadden geen idee!! Terwijl we er naar toe liepen, kwamen we allemaal mensen tegen in uniformen met jankende doedelzakken die ze ín stonden te spelen. Dat bleek later ons optreden te zijn. Een Bretonse bagad.

Frankrijk is een heerlijk land om te kamperen
Concarneau is echt toeristisch. Liever wat meer cultuur? Bezoek dan Quimper.

Vrijwel iedere plaats heeft zijn eigen bagad: een groep muzikanten, een soort van fanfare, maar dan met doedelzakken, bombardes (een rietinstrument zoals een schalmei) en zeer ritmische trommels (le batterie). Iedere bagad heeft zijn eigen kledingstijl, zeer traditioneel. En tijdens een concert, of een Fest Noz, zijn er dan vaak dansgroepen bij (Circles) in echte klederdracht die op iedere wijsje een ander dansje dansen. Jonge mensen, oude mensen, iedereen doet mee en iedereen is ook trots op die klederdracht!! We waren verloren!! Wat een prachtige muziek! Frankrijk: wat een land!

Met de tent kamperen in Frankrijk
We kochten een nieuwe tent en een tweedehands aanhangertje en gingen die kant op.

Bretagne is weids, ruig, vol natuur maar ook omringd door mysterieuze Keltische geschiedenis met menhirs. Lekkere crêpes, cidre, mosselen, oesters. De kust is prachtig: van witte stranden en duinen tot roze granieten rotsen. De huisjes zijn licht met blauw schilderwerk en omringd door hortensia’s.
Op de terugweg zei ik: ”Het was erg leuk maar dit was echt eenmalig. De reis is me te lang”! En het jaar erop reden we weer die kant uit. En het jaar daarop, en daarop en ….. Dus dit is vast niet de laatste keer dat ik hierover zal schrijven.

vind een leuke camping

Over de auteur:
Kitty van Meurs

Kitty is een creatieve duizendpoot met een passie voor bloggen, poppenhuismeubeltjes maken en kamperen. Samen met manlief, beide dochters zijn al jaren het huis uit, trekt ze met de Campooz Fat Freddy LE door Nederland zo gauw als de temperatuur het toelaat, en in de zomer trekken ze drie weken door het buitenland. In principe gaan ze nooit twee keer naar dezelfde plek hoewel er heel soms uitzonderingen zijn. Kitty heeft een hoofd vol kampeerherinneringen om te delen en maakt er iedere keer weer nieuwe bij.

Kitty van Meurs